Staatssecretaris Van Huffelen benadrukt de toenemende risico’s op het gebied van privacy en auteursrechten door het gebruik van AI. Het voorgestelde verbod richt zich specifiek op software die in staat is teksten, afbeeldingen, audio of video te genereren. Het rapport van landsadvocaat Pels Rijcken en de Autoriteit Persoonsgegevens wijst uit dat niet-gecontracteerde AI-toepassingen over het algemeen niet voldoen aan de Nederlandse privacy- en auteursrechtelijke wetgeving.
AI
Volgens het concept-wetsvoorstel zouden AI-toepassingen die gecontracteerd zijn door de Rijksoverheid buiten het voorgestelde verbod vallen. Staatssecretaris Van Huffelen benadrukt echter dat er onduidelijkheid heerst over de naleving van auteursrechten door partijen zoals Google en OpenAI. Deze software wordt getraind op teksten uit kranten en boeken waar auteursrechten op rusten, zonder een duidelijk juridisch standpunt in Nederland tot nu toe.
Privacy
Naast auteursrechten wijst Van Huffelen op de privacy-uitdagingen bij het gebruik van generatieve AI-toepassingen. Ze waarschuwt voor het potentieel om zeer gevoelige informatie te verkrijgen uit interacties met gebruikers. Hoewel ze de positieve kanten van AI erkent, benadrukt ze dat het gebruik ervan op een veilige manier moet gebeuren. Het concept-wetsvoorstel zal binnenkort worden besproken in de ministerraad.
Rijksambtenaren
Er heerst onduidelijkheid over het daadwerkelijke gebruik van AI onder Rijksambtenaren. Een woordvoerder van het ministerie verklaart tegenover de Volkskrant dat de ontwikkelingen rondom kunstmatige intelligentie nauwlettend worden gevolgd.
Het is van cruciaal belang om het evenwicht te vinden tussen innovatie en bescherming van privacy en auteursrechten bij het gebruik van AI door overheidsinstanties. Het voorgestelde verbod brengt deze uitdagingen en mogelijke uitzonderingen onder de aandacht, terwijl het belang van veilig gebruik van AI benadrukt wordt.